Beregening en drainage & Archeologie

In het rapport uitvoeringsregeling beregening en drainage (pdf, 6 MB) wordt uitgewerkt hoe bij dergelijke ingrepen met de archeologische waarden moet worden omgegaan. Deze regeling is alleen van toepassing in het buitengebied. Zie de kaart (pdf, 3 MB) voor de begrenzing van het gebied waar deze regeling van toepassing is.
Beregening
Voor verschillende vormen van akkerbouw is het aanleggen van beregeningsinstallaties noodzakelijk. Over het algemeen zal het gaan om relatief smalle sleuven met een grote lengte. Omdat deze zich vaak op wat hogere en drogere gronden met een hoge verwachting en daarmee samenhangende beperkte vrijstellingsgrens bevinden, is de kans groot dat de oppervlakte vrijstellingsgrens wordt overschreden. Archeologisch onderzoek van deze smalle sleuven is niet zinvol omdat sporen niet of nauwelijks waarneembaar zijn.
Hier is dan ook een aangepaste variant van de regeling archeologievriendelijk bouwen van toepassing. Zolang voor de aanleg van de beregeningsinstallaties in totaal niet meer dan 5% van het perceel verstoord wordt, worden de werkzaamheden zonder voorwaarden vrijgegeven. Hiervoor hoeft geen aanlegvergunning te worden aangevraagd. Voorwaarde is hierbij wel dat indien het gaat om het vervangen van bestaande installaties, zoveel mogelijk gebruik wordt gemaakt van de bestaande sleuven. Voor een gedetailleerde onderbouwing zie het rapport uitvoeringsregeling beregening en drainage (pdf, 6 MB).
Drainage
Vergelijkbare problematiek speelt bij de aanleg van drainage. In het Deventer buitengebied vinden deze werkzaamheden zelden plaats op terreinen met een middelhoge of hoge archeologische verwachting. Vaak het gaat het om terreinen die een lage of middelmatige verwachting kennen. Door de ruime vrijstellingsgrenzen van respectievelijk 10.000 of 1.000 m2 zal in veel gevallen überhaupt geen aanlegvergunning nodig zijn. Indien de oppervlakte bijvoorbeeld ter plaatse van een hoge verwachting toch de vrijstellingsgrens overschrijdt dan gelden de volgende uitgangspunten.
Ook hier geldt dat smalle sleuven nauwelijks relevante informatie opleveren. Wel liggen drainage buizen over het algemeen wat dichter op elkaar dan beregeningsbuizen. Ook hier wordt daarom als norm gehanteerd dat ingrepen die niet meer dan 5% verstoren van het perceel waarop zij betrekking hebben, zonder voorwaarden worden vrijgegeven. Hiervoor hoeft geen aanlegvergunning te worden aangevraagd. Voorwaarde is hierbij wel dat indien het gaat om het vervangen van bestaande systemen, er zoveel mogelijk gebruik wordt gemaakt van de bestaande sleuven. Zie het rapport uitvoeringsregeling beregening en drainage (pdf, 6 MB) voor een gedetailleerde onderbouwing.